Spraaktaalmateriaal vraagt een minimaal bedrag voor de downloads, zonder winstoogmerk of verdienmodel, puur om de kosten te dekken.  Gebruik deze voor uw eigen leerlingen. Stuur de illustraties en teksten niet zomaar door! Er zit veel aandacht en tijd in al het materiaal; stuur als u de site leuk vindt de link door.

 

Informatie over de downloads

Klinkers

 

Voor welke leerlingen?

  • kinderen van de groepen 1 en 2.
  • kinderen die uitspraakfouten maken
  • kinderen die zich niet goed verstaanbaar kunnen uitdrukken
  • kinderen met een kleine woordenschat
  • kinderen die Nederlands als tweede taal leren.
  • kinderen die oefenen met ontluikende geletterdheid
  • kinderen die oefenen met de auditieve vaardigheden

 

Welke klanken?

a, aa, o, oo, e, ee, i en u

 

Heeft uw leerling al logopedie? Vraag zo nodig advies aan de behandelend logopedist.

 

De download gaat vergezeld van een woordenlijst/tekstdocument

 

Wat kun je doen met een blad? Hieronder vindt u een beschrijving voor individuele begeleiding (bijvoorbeeld RT) of klassikale lessen.

 

Letters (klanken) ontdekken (zowel klassikaal als individueel):

  • Gebruik de bladen wanneer de kinderen bezig zijn een bepaalde letter te leren.
  • Laat de kinderen vertellen wat ze allemaal op de plaat zien. U kunt het woordenblad erbij pakken om alle woorden te ontdekken.
  • Betrek de klankgebaren erbij
  • Schrijf de woorden op zodat de kinderen ook ZIEN dat de letters hetzelfde zijn.

 

 Uitspraak oefenen (individueel):

Soms verwisselt het kind een klank steeds door een andere klank. Het kind zegt bijvoorbeeld niet u maar o, dus niet ‘bus’ maar ‘bos’. Dit komt bijvoorbeeld vaker voor die lang slechthorend zijn geweest maar ook bij kinderen die Nederlands als tweede taal leren. U neemt het blad waar de woorden staan met die klank (in dit geval -U-).

  • U vertelt wat er allemaal op het blad staat. 
  • U neemt fiches (rozijnen, kleine kaartjes, muntjes o.i.d.). Nu zegt u: ‘ik ga steeds een woord zeggen, maar ik zeg het eerst fout. Als ik het daarna goed zeg mag er een fiche op de plaat. Is dat een bos? Een BOS? Nee, dat is een BUS. Leg er maar een fiche op’. 
  • De keer daarna kunt u het blad pakken en de woorden soms goed, soms fout zeggen. Wanneer u het goed zegt mag er een fiche op. Het kind moet dus zelf goed luisteren of het goed of fout gezegd is.
  • Het is zinvol om al vroeg de letters erbij te laten zien, zo is er ook visuele ondersteuning.

U kunt proberen of het kind ook één van de woorden goed kan zeggen. Zo kunt u het langzaam opbouwen.

 

Taal leren

In uw groep zitten waarschijnlijk kinderen die onderling flink verschillen in het niveau van hun taalontwikkeling. Kinderen leren taal door samen te praten en te ‘kletsen’. De meeste kinderen leren taal spontaan. Voor sommige kinderen is het moeilijker om klanken in woorden te onderscheiden en lopen daardoor meer risico op problemen in het leren lezen en spellen. Sommige kinderen hebben meer moeite om taal te begrijpen en weten vaak niet wat je bedoelt. Deze kinderen vallen misschien op in de groep doordat ze hun aandacht er niet bij lijken te hebben. Wanneer een kind veel last heeft gehad van oorontstekingen kan het een tijdje allerlei informatie gemist hebben. Misschien heeft u een kind in de klas dat gediagnosticeerd is met TOS. Deze bladen kunnen gebruikt worden om met het kind te oefenen klanken te ontdekken. Ook kunnen ze gebruikt worden om de betekenis van woorden te leren, de woordenschat te vergroten. U kunt ze bij de individuele begeleiding gebruiken of in de groep.

 

Over de werkbladen:

Deze zijn getekend in zwart-wit zodat u ze gemakkelijker kan printen. Het kind kan ze natuurlijk inkleuren.